Laden ...

Risico

Risico van investeren in grond

Hoewel door de schaarste van de grond waardestijging zeker lijkt, willen wij u toch nadrukkelijk wijzen op de risico’s van deze investering. Het belangrijkste risico dat investeerders in grond lopen is dat er geen bestemmingswijziging plaatsvindt, of dat een bestemmingswijziging niet het voorziene waardeverhogend effect blijkt te hebben. Hierdoor bestaat de kans dat de belegging in waarde vermindert of geen waardevermeerdering laat zien.

Het risico als belegger zal in beginsel niet groter zijn dan het bedrag dat gemoeid is met de aankoop van de grond. Daarnaast bestaat het risico dat de waarde van de grond, als landbouwgrond of als bouwgrond daalt of onvoldoende stijgt als gevolg van bijvoorbeeld een tegenvallende economische groei, een afname van de vraag naar en het aanbod van woon- en bedrijfsruimte, stijgende hypotheekrente, de financierbaarheid van woningen en bedrijfsruimten of veranderingen in (fiscale) regelgeving met betrekking tot de eigen woning of bedrijfsruimte.

Verder is er het risico dat kleeft aan de beperkte verhandelbaarheid van de grond. De grond is niet verhandelbaar via een gereglementeerde markt. Hierdoor is de groep van potentiële kopers beperkt. Dit geeft een beperking in de mate van verhandelbaarheid van de grond. Hierdoor is de kans aanwezig dat de investeerders niet op het door hen gewenste moment voor de door hen gewenste prijs kunnen verhandelen. Ook is het mogelijk dat, buiten de afwezigheid van de mogelijkheid om op een gereguleerde markt te verhandelen, er geen belangstelling bestaat voor de grond of dat de geboden prijs zo laag is dat de grond zonder rendement of met verlies moet worden verkocht.

Nadat u eigenaar van grond bent geworden, dient u zelf voor het beheer van de grond zorg te dragen. Teneinde er zeker van te zijn dat u de verplichting met betrekking tot het beheer nakomt is er in de koopovereenkomst en overigens ook in de leveringsakte een boeteclausule opgenomen.

Vrijstelling van de vergunningplicht

Iedere aanbieder van, bemiddelaar in en adviseur over beleggingsobjecten moet een vergunning bij de AFM aanvragen, tenzij hij van de vergunningplicht is vrijgesteld of een ontheffing heeft gekregen van de AFM.

Een aanbieder van beleggingsobjecten krijgt vrijstelling van de vergunningplicht als:

    • de aanbieder aan minder dan 100 consumenten aanbiedt;
    • het beleggingsobject dat jou wordt aangeboden deel uitmaakt van een serie die kleiner is dan 20 beleggingsobjecten;
    • de waarde van het beleggingsobject niet volgens de regels bepaald kan worden;
    • de investering per beleggingsobject €100.000 of meer is.

Als de aanbieder is vrijgesteld van de vergunningplicht, dan is hij verplicht in al zijn reclame-uitingen en documenten te vermelden dat hij niet vergunningplichtig is en niet onder toezicht staat van de AFM.